08.00 uur, 3 februari.
De dag na de persconferentie. We weten het nu zeker. De maatregelen blijven van kracht, alleen de scholen gaan weer open. Ik moet opstaan, drukke dag voor de boeg. Maar ik word getriggerd door alle berichten op mijn telefoon. ‘De Britse variant rukt op, maar klopt dat wel?’ Ik voel irritatie in me opkomen. Al dat negatieve gedoe, daar blijk ik wel een beetje allergisch voor. Ik klik door en zie dat er sprake is van een artikel waarin ‘facts worden gecheckt’. Pff, ik heb me weer laten verleiden door een (negatief) prikkelende vraag. Gelukkig is het antwoord op de vraag positief. Dat helpt me om te accepteren dat ‘het is zoals het is’: corona is nog niet voorbij, onzekerheid blijft.
22.00 uur, 3 februari.
De dag is voorbij. Mijn leerlingen ‘Leiding geven in het zwembad’ zijn ‘helemaal online’ opgeleid en geslaagd. Ik had vanmiddag een erg leuke teamtraining, met veel interactie. In Nieuwsuur gaat het over scholen in Brabant die nog niet open willen gaan. Ze voelen zich overvallen door alle maatregelen waaraan ze moeten voldoen. In het journaaldeel is ruimte voor de brief met noodkreet van ‘de Zwembadbranche’: zwembaden moet weer open voor zwemonderwijs, dat is óók onderwijs, de zwemveiligheid van de Nederlandse kinderen is in gevaar, er is sprake van een grote achterstand, ouders moeten de komende zomer nóg beter opletten dan anders. Ik voel een vlaag van irritatie kriebelen en vraag me af waar dat vandaan komt. De zwembaden in het nieuws, mooi toch! Aandacht voor zwemveiligheid, wat wens ik me nog meer. Inderdaad, dat is positief. Toch voelt het niet zo.
Ik begrijp dat de onmacht over de sluiting enorm frustreert en dat de zwemscholen en zwembaden heel graag weer open willen. Net als de sportscholen, winkels, horeca, de bioscopen, theaters. En ik wil het ook! Maar moet dat omdat er sprake is van een achterstand? Wegen de zorgen over zwemveiligheid op tegen de zorgen die we moeten hebben over het virus? Zijn de zorgen over zwemveiligheid en achterstand wel reëel? Ik overweeg een ‘fact-check’blog te schrijven met als titel: ‘Coronamaatregelen bedreigen de Nationale zwemveiligheid. Klopt dat wel?’ Ik besluit het niet te doen, voordat ik het weet ben ik bezig met ‘welles-nietes’ en dat lost niets op. Iedereen kijkt met zijn eigen bril. En ja, als het water je aan de lippen staat is het logisch dat je de kinderen zo snel mogelijk weer in je zwembad wilt hebben.
‘Hier en nu’ – bril
Mijn bril zou je een ‘hier en nu’-bril kunnen noemen. Door corona worden we gedwongen om na te denken hoe we ons kunnen aanpassen aan de omstandigheden. Ik heb mezelf geleerd om in lastige omstandigheden vragen te stellen zoals: ‘Hoe is de situatie nu? Wat wil ik graag ? Wat kan ik doen om dat voor elkaar te krijgen? Wat wil en ga ik doen?’ Vanuit die vragen denk ik ook na over het leren zwemmen in en na coronatijd.
4 februari 2021: hoe is de situatie?
Kinderen hebben 18 weken zwemles gemist, ze halen veel later het zwemdiploma dan zij (en hun ouders) oorspronkelijk hadden gepland. Misschien zitten de kinderen niet meer op het niveau van voor de lockdown en duurt het leerproces tot het diplomazwemmen langer dan ‘normaal’. Dat weten we niet helemaal zeker, want hoe ouder een kind is, hoe sneller het dingen oppakt. (En wie weet welke zwemfilmpjes het kind tijdens al die tijd thuis heeft bekeken.) Maar hoe dan ook, er gaat een opstopping ontstaan. Veel nieuwe kinderen (van de wachtlijst) kunnen pas later beginnen met het leren zwemmen en halen later dan ze zouden willen het zwemdiploma. De huidige situatie sluit niet aan bij onze oorspronkelijke verwachtingen en die van ouders.
Wensen
Na de lockdown willen we graag dat zoveel mogelijk kinderen snel zwemveilig worden. (Dat meten we aan de hand van het halen van een (liefst meer) zwemdiploma (‘s)). Dan kunnen de kinderen veilig meedoen aan allerlei activiteiten in en rond het water. Vooral als het weer mooier wordt is dat prettig! Voor de kinderen zelf, maar ook voor de ouders. Zij hebben een geruster hart, maar moeten natuurlijk net als altijd, hun kind in de gaten houden. We willen als branche onze ‘wereldfaam’ hooghouden op het gebied van zwemveiligheid. En het aantal verdrinkingen (blijven) minimaliseren.
Wat kunnen doen?
We kunnen ons natuurlijk (blijven) inzetten om de zwembaden zo snel mogelijk weer open te krijgen. Maar dat valt, met zo’n onvoorspelbaar virus, best ver buiten onze cirkel van invloed. Dus laten we kijken naar andere opties. Ik heb mezelf twee brainstormvragen gesteld: ‘Hoe kunnen we vanaf de heropening van de baden zoveel mogelijk kinderen toegang geven tot zwemlessen?’ en ‘Hoe kunnen we ervoor zorgen dat kinderen zo snel als mogelijk kunnen leren zwemmen? (en/of hun zwemdiploma kunnen halen?’).
Een aantal ideeën op een rij:
- Voorlopig even niks anders meer aanbieden dan zwemlessen
- Op ochtend, middag, avond, zaterdag en zondag (als er geen school is)
- Veel zwemlessen geven in het buitenbad
- Samenwerking zoeken met een buitenbad in de buurt
- De groepen groter maken
- Stagiairs, ouders en vrijwilligers inzetten bij de zwemlessen
- Zwemles heel anders gaan organiseren en inrichten
- Zwemles zien als spelen in een speeltuin
- Ouders helpen om hun eigen kind watervrij te maken en hiervoor speciale uren vrijmaken
- Ouders faciliteren om in buitenwater hun kinderen watervrij te maken
- Zwemlesgevers worden personal coaches, inzet naar behoefte
- Peuterzwemprogramma opzetten voor 3-jarigen zodat ze uiteindelijk sneller kunnen doorstromen in de zwemlessen.
Wat wil en ga je doen?
Een brainstorm is leuk, het geeft een overzicht van alle mogelijkheden die er zijn om je eigen situatie te beïnvloeden. Of je er ook daadwerkelijk iets mee kunt, is aan jezelf en de keuze die je maakt. Hoe graag wil je je wensen (=doelen) bereiken? Ben je bereid en in staat om veranderingen die nodig zijn door te voeren? Ik denk dat een paar ideeën uit bovenstaande lijst niet heel ingewikkeld hoeven te zijn. Er zijn ook echte (‘gele’) ideeën: het klinkt leuk, maar vergt lef, durf en moed om te kiezen en te falen.
Ik denk dat corona ons laat zien dat omgaan met nieuwe omstandigheden niet kan zonder falen. Falen bestaat wat mij betreft niet. ‘Nog niet lukken’ is het constateren dat je nog niet de optimale werkwijze hebt gevonden: ‘Het nieuwe is niet te voorspellen’. Als je weet wat je intentie is, ga je op weg om dat te bereiken. Als je wilt, denk ik met je mee over de route. Stuur me een mail of kijk voor meer informatie op de website. In ieder geval heel veel succes!
Groet, Titeke