ICD 4: Van kernkwaliteit naar uitdaging

 In Coachen, Inspiratie, Leiding geven, Motivatie

Alweer 4 december! Vandaag borduur ik nog even verder op het onderwerp van gisteren. In oktober mocht ik dit jaar over ‘eigen-aardig gedrag’ een workshop geven tijdens de ZwembadBranche Dag. Het ging daar niet alleen over de manier waarop je met kinderen om zou kunnen gaan. Want eigen-aardig gedrag kom je niet alleen tegen bij de kinderen in de zwemles. Ook gedrag van collega’s en zwemlesouders is soms anders dan ‘gewoon’.

En daar weten we als (team) leiders ook niet altijd gemakkelijk mee om te gaan. In de workshop ging ik eerst in op de verschillende behoeften, voorkeuren en wensen die een mens, van jong tot oud, kan hebben. Als (bege)leider wil je daarbij aan kunnen sluiten. Zodat er verbinding kan ontstaan en een positieve relatie. Daarvoor moet je soms nieuwe dingen leren.

Om dat uit te leggen gebruikte ik het ‘kernkwadrant’. Dit model is ontwikkeld door Daniel Ofman, hij heeft er verschillende boeken over geschreven.

Kernkwaliteit

In het kwadrant vind je vier verschillende vakken. In het eerste vak wordt een kernkwaliteit benoemd. Een kernkwaliteit is een specifieke eigenschap die je van nature hebt en die tot uitdrukking komt in je gedrag. Het is een intrinsieke sterkte of talent waarmee jij je onderscheidt. Het komt vaak overeen met je persoonlijke voorkeuren.

Iedereen heeft zijn eigen kernkwaliteiten. Dat is een positief gegeven. Maar door allerlei omstandigheden, op het werk of privé of door het gedrag van een collega of leidinggevende, kan het zijn dat je uit je evenwicht wordt gebracht. Voorbeelden daarvan zijn bijvoorbeeld stress door hoge verwachtingen van anderen of onduidelijkheid over verwachtingen, onzekerheid over je werk, weinig autonomie voelen of saaiheid en verveling ervaren. Hierdoor kun je ‘te veel van het goede’ laten zien in je gedrag. Je slaat als het ware een beetje door. Dit gedrag noemt Ofman ‘valkuilgedrag’

Valkuil

Stel je voor dat ‘ruimte geven’ jouw kernkwaliteit is. Je bent in staat om verantwoordelijkheid aan een ander te geven en niet té veel eisen te stellen. Door stress, onzekerheid of andere factoren kan het zijn dat je té veel ruimte geeft. Je geeft dan helemaal geen duidelijkheid, je laat het over aan de anderen. Dit kun je ‘laten zwemmen’ noemen, dat is de valkuil van ruimte geven. De ander moet het zelf maar uitzoeken.

Voor de ander kan dit veel stress en onzekerheid opleveren. Zeker bij personen die houden van houvast en structuur. Die ander kan zich daar soms behoorlijk aan irriteren. Dat kan wrijving of conflicten opleveren. Het is beter om valkuilgedrag te vermijden. Dat kan betekenen dat je ander, meer positief gedrag moet leren. In het kernkwadrant heet dat je uitdaging. Dat is in het geval van laten zwemmen meer structuur geven of duidelijkheid in de vorm van verwachtingen of regels.

Uitdaging

Deze uitdaging is positief gedrag, dus daarom weer een kwaliteit. Voor jou is dat gedrag niet vanzelfsprekend, maar er zijn mensen voor wie dat gedrag een kernkwaliteit is. Wanneer die mensen in hun valkuilgedrag ‘schieten’, kan het betekenen dat ze star worden. De regels en duidelijkheid zijn dan niet meer positief, maar die móeten worden gevolgd. Er is totaal geen ruimte voor andere personen.

De valkuil van de uitdaging (en kernkwaliteit van de ander) is de allergie van jou. Het zit er dik in dat je met een kernkwaliteit ‘ruimte geven’ je starre mensen irritant vindt. Het interessante is dat je van de mensen aan wie je je het meest ergert, veel kunt leren. Want zij bezitten een kernkwaliteit die jij een beetje beter onder de knie zou willen krijgen.

 

 

Aanvulling

In de afbeeldingen van de uitgewerkte kwadranten zie je hoe de kwadranten elkaar aanvullen. Ik gebruik deze kwadranten ook in de opleiding Leidinggeven in het zwembad. Als (bege)leider ben je de persoon die wil dat je collega’s (of de kinderen in de zwemles) zich prettig voelen in hun werk. Dat kun je beïnvloeden door positief gedrag te vertonen. Wanneer jij meer structuur gaat geven, kunnen je medewerkers of kinderen in de zwemles zich veel beter voelen. Stress of onzekerheid kan daardoor worden weggenomen, zodat ze gedrag vertonen dat bij hun past. En waar ze goed in zijn.

Weet jij waar jij goed in bent? Herken je je eigen valkuilgedrag? En kun je irritaties die je hebt vertalen naar je allergie? Vul het kwadrant in voor jezelf. Ik ben benieuwd! Wat is jouw uitdaging?

Showing 2 comments
  • Claartje Driessen
    Beantwoorden

    Hoi Titeke, mooie blog over het KKK van Offman! Dit gebruik ik ook altijd bij onze interne opleiding Waterdragers voor de wat meer ervaren lesgevers. Drie suggesties die ik met je wil delen omdat ik merk dat die bij onze collega’s nog meer diepgang geven aan dit model. 1: vanuit de cursus die Daniel zelf geeft heb ik geleerd dat hij het woord ‘uitdaging’ nu zelf liever vervangt door het woord ‘verlangen’. Voor mij zit daar een andere lading op. 2: Daniel maakt ook een heel mooie koppeling tussen de kernkwaliteit en de uitdaging. In jouw voorbeeld kun je dan voelen wat het beste past ….. ruimtegevend duidelijk zijn of directief ruimtegevend zijn.
    3: voor onze lesgevers is het vaak om helpend om het Kwadrant ‘energetisch’ te voelen. Dus met tape een kwadrant op de grond maken en de lesgever in de energie van de valkuil laten staan, dan een stapje opzij laten doen en dus in de energie van de kwaliteit laten staan. Dat geeft vaak inzicht omdat ze dan het verschil echt kunnen voelen. Lijkt me leuk om daar eens met je over te sparren! Voor nu alvast een mooie december inspiratie maand gewenst en heel fijn feestdagen! Groetjes Claartje

    • Titeke Postma
      Beantwoorden

      Hoi Claartje,

      Bedankt voor jouw reactie! Ik denk dat het KKK 🙂 best een lastig model is, waar je echt even mee moet oefenen. Ik vind zelf ook dat het heel erg om woorden gaat. De woorden van Daniel in zijn boeken zijn niet altijd mijn eigen woorden. Dat komt best heel precies. Maar het idee van te veel van iets doen, is heel werkbaar. Het woord verlangen vind ik mooi gevonden. Van ‘uitdaging’ hou ik nog meer. Want het is best een uitdaging: nieuw gedrag leren. Vooral bij de kwaliteiten die ik in mijn blog heb gebruikt als voorbeeld. Verlangen geeft niet echt actie, terwijl ik dat wel graag zou willen. Jouw voorbeeld van ‘voelen wat het beste past’ vind ik ook mooi. Maar denk je niet dat ruimtegevend duidelijk zijn of directief ruimtegevend zijn vooral ook afhankelijk kan (moet) zijn van wat past bij de kinderen waaraan wordt lesgegeven? Ik vermoed dat het ook afhankelijk is van de eigen voorkeuren van de lesgevers. Daarom gebruik ik dit model altijd in combinatie met de NBI-vragenlijsten die inzicht geven in breinvoorkeuren. Heel leuk om te sparren over het ‘live’ maken van het model. Dat werkt vast en zeker heel goed. Ik heb dat zelf ook wel gedaan met het zoeken naar de kleur van je zwemles (https://propulztp.nl/welke-kleur-heeft-jouw-zwemles/). Groet! Titeke

LAAT EEN REACTIE ACHTER

0